Overtocht en eerste week Tenerife
Na een ruime week kwam Arnold de bemanning weer versterken. Nog even bij Paz langs, en de volgende dag alweer gelijk weg ivm de weersverwachting. Nu weer veel wind op de eerste dag, maar als we zouden wachten moesten we de hele weg motoren. We voelden ons allebei niet heel senang de eerste twee uur, er stond een heel vervelende golfslag zelfs zodanig dat we de zeilen niet durfden te hijsen. Voor de niet-zeilers: als er heel korte hoge golven staan is het in de wind gaan liggen om het grootzeil te hijsen best lastig, het schip krijgt dan grote klappen en als het dus niet hoeft doen we dat niet. Nu was het een kwestie van even doorvaren tot het weer echt diep werd. Na zo’n twee uur motoren was het weer een paar kilometer diep en waren de golven weer langer. Snel de zeilen omhoog, en gaan! Het liep weer heerlijk.
Met PredictWind en de Starlink verbinding is het op zee nu heel goed mogelijk om elke paar uur de optimale koers opnieuw te bepalen en vaar je zo comfortabel mogelijk en toch ook zo snel mogelijk. Om dat in de toekomst nog te verbeteren heb ik sinds Lissabon een “DataHub” kastje van PredictWind aan boord. Technisch is het een gewone low end router van 50 euro, maar dan met een directe link het NMEA 200 boord netwerk in. Het kastje meet continue hoe hard we varen bij welke wind, en stuurt dat terug naar het datacenter van PredictWind in Nieuw Zeeland. Bij elke volgende tocht maakt hun predictie model vervolgens gebruik van deze gegevens, zodat het steeds beter gebaseerd is op de daadwerkelijke snelheid die de Merrimac loopt. Nu was het ook al fantastisch, we hebben op zee alles kunnen zeilen, meestal met een windhoek (TWA) van 60 graden. Dat is best hoog, maar bij slechts 8-11 knopen wind is dat juist fijn want dan loopt de boot prima. Zelfs het minimum van 3 knopen wind konden hoog aan de wind wat voortgang behouden. Na twee nachten kwamen we ‘s morgen bij de noord oost hoek van Tenerife aan. In het beruchte water tussen Tenerife en Gran Canaria is vaak sprake van een acceleratie zone waar de wind enorm aantrekt als de wind uit het noord oosten komt. Dit keer niet, helaas, dus moesten we echt gaan motoren. We zeilden langs de enorme stad Santa Cruz, diverse plaatsjes en industrie, tot we bij een mooie ankerplaats kwamen waar we hopelijk beschut lagen achter een fraaie rode rots. Dat was inderdaad zo, nog wel een beetje deining maar goed te doen. Weer een mooie overtocht rijker kon het “Anlegebier” open!

De volgende ochtend was de wind een beetje naar het oosten gedraaid en koos ik er voor om dan maar aan de west kant van het eiland te gaan liggen. Daar kwamen we in een best wel aardige baai met aan de ene kant een klif en de oostkant een resort gebied. Tja, al die toeristen op Tenerife die voor het mooie weer komen moeten toch ergens onderdak krijgen. Blijkbaar is dat hier in het zuiden…

De volgende ochtend zit ik binnen lekker wakker te worden en iets te lezen als Arnold opeens meld dat … het bijbootje foetsie is. Het lag aan een 8 mm Dyneema lijn in het water. De lijn is nog heel, maar van het harpje waar het mee aan het bijbootje zat geen spoor. En het bijbootje ook weg dus. Tja, het zou kunnen dat het harpje losgetrild is gisteren tijdens het slepen (wat we normaliter nooit doen, maar nu was het maar een paar mijl zonder wind.) Maar het zou ook kunnen dat een opportunistisch type dacht: hé, da’s een verrekte mooi bootje… We zullen het denk ik nooit weten. Ik probeer de kustwacht (Guardia Civil) en de reddingsdienst op te roepen. 112 zelfs. Geen gehoor, geen antwoord. Piep piep piep hoogstens. Tja, Spanje en engels spreken is blijkbaar nog steeds lastig. Later halen we het anker op en doen nog een halfslachtige poging door een beetje langs de kust te varen, maar dat is hoger wal dus de kans dat daar wat ligt is niet groot, maar misschien heeft iemand iets gezien. Een “Securité” call op de marifoon geeft ook geen reactie. Als ik de haven van Los Christianos oproep is het antwoord ook alleen “Okay okay.”
Het irritante is dat we hier niet meer in de TVM verzekering vallen, die ik trouwens net had opgezegd omdat we per 1 november weer via Marijke v/d Rest verzekerd zijn en daar een groot eigen risico op zit. Bovendien wil ik toch geen claim doen; de kans dat ik volgend jaar niet of veel duurder verzekerd ben is hoog en dat ga ik voor de kosten van een bijbootje niet doen.
Na drieën zijn we welkom in de jachthaven van Almarilla Golf / San Miguel. We worden geholpen door een vriendelijke Nederlander op een catamaran, ze hadden ons bij de rode rots al zien liggen en vroegen zich af waar ons bijbootje is… Tja! Bij de havenmeesteres blijkt ze onverbiddelijk: je kan maar tot de 14e blijven. Dat is lastig, want de 15e komen Tanneke en KJ aan boord. Tassen laden en daarna boodschappen inkopen is als je voor anker ligt is een stuk lastiger en zonder bijboot helemaal. Een auto huren dan maar. Ja meneer dat kan, vult u de site in als u deze QR code scant en u wordt gebeld. Spanje heeft nog geen zin in Kees, want ik vul het in en ik word niet gebeld. De volgende ochtend dan maar bellen naar het resort. Oh auto reserveren via Marina, ik verbind u door met de marina. Ja nee, die zijn er pas om tien uur. Zucht. Dan maar tot 10 uur wachten, terug naar de kantoordames. Nu alleraardigst, ik ga rondbellen voor je bijbootje en de auto dat is raar; kun je het nog een keer invullen? Dit keer krijgt ze wel een melding en ik feedback via email dat ik geregistreerd sta en gebeld wordt. Inderdaad wordt ik nu binnen 5 minuten gebeld door een Engelsman. Moet de auto daar komen of loop je naar mijn kantoor? Na 5 dagen niet op de wal geweest te zijn kiezen we voor zelf lopen. Via 5 wanstaltige resorts komen we bij een aardige kerel die een prachtige oranje MG heeft. Die nemen we dus want MG = Maria Gillhaus. Het blijkt een prima auto maar wel met wat Chinese grapjes, zo heet de ventilator stand “Wind mode”. En het motortje is wat amechtig voor de bergen. Gevraagd naar hoe het met evt. deukjes en krasjes zit zegt hij: ik loop niet eens mee, je mag de auto ook ongezien op de haven achterlaten, als de sleutel er maar bij zit vind ik alles best. Wat een verademing t.o.v. het geld-uit-de-zak-kloppend verhaal bij de meesten.
Als de wiedeweerga rijden we vervolgens naar de jachthaven van Las Galletas, misschien krijg ik als ik er langs rij wel een plaatsje? Nee, ze zit sinds vorig jaar november vol tot en met volgend jaar maart voor elke vrijdag en zaterdag. Bizar, maar ik heb geen keuze dan dit te geloven. Wel belt (ook hier een vrouw dus) de havenmeesteres op kantoor snel met de marina in Santa Cruz, de hoofdstad aan de NO zijde. Nou als ik héél snel email met al mijn data, dan kan het wellicht. Snel gedaan natuurlijk. En dan op zelf ook op weg naar Santa Cruz, want daar zit een dealer van bijbootjes die volgens internet een bootje heeft dat in aanmerking komt. Een uur over de snelweg later en door de best leuke stad zo te zien gewurmd komen we in de enorme vissershaven. Een flinke dealer met allemaal visbootjes, RIBs en zowaar één 9 voets bijbootje met harde bodem. Weliswaar met polyester bodem in plaats van aluminium, maar wel van Hypalon en niet van PVC. In de tropen is een PVC bootje zó kapot, dus hypalon is een vereiste. Dat het bootje geel is, is dan wel weer grappig. Dat was ons eerste Plastimo bijbootje op de Merrimac 1 ook…

Met het bijbootje gescoord is de ziel tot rust, en hebben we opeens ernstige trek. Arnold had dat al even, maar snapte dat ik eerst dit moest doen. Tweehonderd meter verder in de vissershaven is een restaurantje. In de hoek van een industrieel pand, met schuifpui, plastic tafeltjes en stoeltjes zitten de lokale werknemers een visje te eten. Ik bestel viskroketjes en “Merluza” oftewel heek. Arnold kijkt wat bezorgd maar de kroketjes zijn net zo lekker als bitterballen en de heek, wat hij niet kende, is fantastisch bereid en de lekkerste vis die hij (en misschien ik ook) ooit had. Voldaan rijden we vervolgens bij de marina in Santa Cruz langs. Nog niks gehoord natuurlijk. Maar, wat blijkt, vandaag zijn de wonderen de wereld nog niet uit: ze blijken al bevestigend geantwoord te hebben, alleen krijg ik die email niet. Maar goed, ik teken een papiertje en betaal 20% aan en ben de 14e welkom. Tanneke en KJ moeten dan wel even met de (taxi)bus naar Santa Cruz, maar we kunnen hier leuk foerageren. ‘s avonds eten we op de haven in het restaurant boven de havenmeester, 50 m van de boot, weer fantastisch. Zou Spanje dan langzamerhand via de maag ons kunnen veroveren? Landschappelijk is het nog niet heel fantastisch, de kustwegen aan de zuidkant zijn prima maar in het zuiden veel resorts en de stad is wel aardig maar niet meer dan dat.


De volgende dag, Arnold’s laatste, hebben we tijd voor vakantiedingen. ‘s morgens gaan we eerst een ritje maken in een duikboot, die ons een uurtje meeneemt naar 30 meter diepte. Best leuk, veel vis (ook omdat ze gevoerd worden natuurlijk) waaronder een viertal grote roggen. Daarna hebben we nog tijd om de vulkaan op te rijden. We zien de top van de Teide al dagen liggen vanuit de boot. Hopelijk valt er wat te zien want er komt steeds meer bewolking. Eenmaal boven de bewolking valt onze mond open. We zitten op zo’n twee kilometer hoogte en het uitzicht over de bewolking is geweldig, de lucht boven ons is kraakhelder, droog en blauw. Alsof je in de bergen zit. Oh joh, we zitten op een berg! Nog iets verder rijden we de Caldera in. Wat we nu pas doorhebben is dat er niet alleen een top is maar een gigantische kratermond (caldera dus) die zo’n 5 bij 20 kilometer groot is. We vallen van de ene ooh in de andere. Grote rotsvelden met stenen die er uit zien alsof ze gisteren gelanceerd zijn uit de aarde. Prachtig. Via de noordzijde rijden we er weer uit en rijden vanaf daar linksom via steeds kleinere weggetjes terug naar het vliegveld. De noordzijde is veel natter en geen toeristen resorts te ontdekken, het is hier heel anders. Niet zo groen als Madeira maar wel groen, in tegenstelling tot de cactii, bruine en grijze kleuren van de zuidzijde.

Om precies vijf uur, volgens schema, zijn we bij vliegveld TFS (Tenerife Sur). Arnold gaat in de lange rij staan, de check-in balies voor Transavia zijn nog niet open. We drinken een laatste biertje samen en dan ga ik naar de arrivals. Marion komt na een kwartiertje al naar buiten, ze hadden sneller gevlogen dan gepland. Snel nog even Arnold een knuffel geven, en dan op naar de jachthaven. We eten weer op de haven en hebben daar een fantastische paella met eend ipv. vis. Weer aan boord vallen we al voor tienen in slaap, Marion heeft wel wat rust nodig. Deze ochtend mocht ze lekker uitslapen, en kon ik mooi het blog bijwerken. Jullie zijn nu allemaal weer bij, het is het nu vrijdag 7 november!
